• Pastoralia 134: Wacht(end) op de Heer!

    Pastoralia 134: Wacht(end) op de Heer!

02 december 2021

Bijbeltekst: Psalm 130 : 5 en 6.

Verlangt u ook zo naar de terugkomst van Jezus? Misschien vindt u dit wel een vreemde vraag of bent u daar helemaal niet mee bezig. Ook ik hang aan het leven, maar als je ziet wat er allemaal om je heen gebeurd, dan komt bij mij zomaar boven; Here kom alstublieft snel terug ! We leven in Adventstijd, niet alleen voor het komende kerstfeest, maar eigenlijk leven we permanent in Adventstijd, in afwachting van de wederkomst van de Here Jezus. Zijn we ons daar wel voldoende van bewust? En hoe kunnen we daar goed mee omgaan? Laten we daar samen eens naar kijken

Vol verwachting klopt ons hart?
Is dat zo bij u? Als ik eerlijk ben, schort het bij mij wel daaraan. Ik ben veel meer bezig met het hier en nu. En dat is ook de teneur van het denken van deze wereld. ’Je leeft maar één keer, dus leef in het hier en nu’. En natuurlijk is daar ook best wel iets voor te zeggen. Want als je in het nu leeft, met aandacht, dan gaat alles beter. Dan geniet je intens van het leven. En met aandacht wordt alles mooier, toch? En God wil ook dat wij van ons leven en van Zijn schepping genieten, dat we genieten van alles wat Hij ons schenkt in het leven. Maar er zit ook een andere kant aan. Wie in het hier en nu leeft loopt het gevaar om naar de waan van de dag te leven. En daardoor verlies je het zicht op later, op wat er nog komen gaat. En wees nu eens eerlijk, leven wij ook niet vaak bij de waan van de dag? Laten wij ons ook niet vaak van de wijs brengen door allerlei onbeduidende zaken? We zijn vaak bezig met en maken ons druk over aardse zaken. Maar dan slaan we de plank mis als kind van God. Zegt Jezus niet; “Zoek liever eerst het koninkrijk van God en Zijn gerechtigheid, dan zullen al die andere dingen je erbij gegeven worden”, Mattheüs 6 : 33. We moeten ons dus niet op het aardse, maar op het Koninkrijk van de Hemel richten. En als het ons voor de wind gaat, dan hebben we het fijn en denken we vaak niet aan later. En het gevaar is groot dat we denken dat we God niet nodig hebben. Nu daar heeft God wel een antwoord op. Hij stuurt dan beproevingen, om ons geloof op de proef te stellen. Niet om ons te treiteren. Hij is niet zoals de verhalen over de Griekse of Noorse godenwereld, waarin goden een cynisch spelletje spelen met de sterfelijke mens. Zo is God niet, maar Hij wil ons aan Hemzelf herinneren en ons uit liefde tot Hem trekken. Onze Bijbeltekst wordt vooraf gegaan door vers 1: “Uit de diepte roep ik tot U, Heer”. De Psalmdichter heeft het zwaar, hij zit in de put. En dan roept hij tot God. En verlangt hij naar de Heer. Ja, zijn ziel ziet uit naar Hem. Dat gaat dus heel diep. Met heel zijn wezen verlangt hij naar God. Nu in deze Coronatijden, waarin duizenden ziek worden en honderden sterven, waarin ons economisch systeem onder grote druk staat, waarin de polarisatie in de maatschappij hand over hand toeneemt en daarmee gepaard gaand geweld. Lijkt alles op losse schroeven te staan. We herkennen de wereld nog nauwelijks meer. In zo’n wereld neemt het verlangen naar de terugkomst van de Heer toe, althans bij mij wel. Hoe zit dat bij u? Misschien wordt het nu wel zo; vol verwachting klopt ons hart. Maar de vraag is voor hoelang? De mens heeft de neiging om als alles weer in de bedding van het ‘gewone’ leven terugvloeit, weer over te gaan tot de orde van de dag. En ik betrap mijzelf er ook op. En daar komt bij, we wachten al zo lang, bijna twee duizend jaar. Komt Hij nog wel?

Uit het oog uit het hart?
Bij ons is het vaak zo, dat wanneer iemand is weggegaan en we zien hem of haar al een tijdje niet meer, dan raakt zo’n iemand in onze gedachten op de achtergrond en als het nog langer duurt vergeten we hem of haar helemaal. Alleen als we er af en toe aan herinnert worden dan komen ze weer even boven in onze herinnering. Soms heb je een voorwerp of een foto die je aan hem of haar herinnert en dan blijft hij of zij in je gedachten. Zo is het ook met onze Heer. Daarvoor heeft God Zijn woord aan ons gegeven, de Bijbel. Door daarin te lezen blijft onze Heer in onze gedachten. En ook wanneer we naar de kerk gaan en naar de preek luisteren en over Hem zingen. En nog mooier, wanneer we Hem gedenken in het avondmaal. Zo blijft Hij in ons hart. En we worden daarbij geholpen door Zijn Helper, de Heilige Geest, die woont in de harten van Gods kinderen. Ik hoor je denken, ’ja dat is mooi allemaal maar denkt Hij ook nog wel aan ons? Want het duurt al zo lang’. Wanneer je op iets wacht met heel je hart, dan kan dat pijn doen. Als kind wachtte je in spanning op de komst van Sinterklaas, vol verwachting klopte je kinderhart, maar je was misschien wel misselijk van de verwachtingsvolle spanning, want het duurt nog zoveel nachtjes slapen. Je kon haast niet wachten. Dat is een gezond verlangen. Het doet pijn, maar je vertrouwd erop dat hij komt. En je zingt in kinderlijk vertrouwen; ‘hij komt, hij komt de goede lieve Sint’. Wij mogen uit Gods woord leren en erop vertrouwen dat Jezus terugkomt. Hij is ons niet vergeten, in tegendeel, Hij is druk bezig voor ons. Kijk maar wat Hij zelf daarover zegt in Johannes 14 : 2 en 3; ”In het huis van Mijn Vader zijn veel kamers; zou ik anders gezegd hebben dat ik een plaats voor jullie gereed zal maken. Wanneer ik een plaats voor jullie gereedgemaakt heb, kom ik terug. Dan zal ik jullie met me meenemen, en dan zullen jullie zijn waar Ik ben”. Hij is dus druk bezig voor ons. Hij bereidt een plaats voor in de hemel voor ons. Dus we zijn niet uit Zijn oog en dus ook niet uit Zijn hart. Hij is bezig met het oog op een eeuwig samen zijn met ons. Dat gebeurd buiten onze waarneming, maar dat wil nog niet zeggen dat het dan ook niet gebeurd. Hij houdt altijd woord. En naar dat woord verlangt ook de Psalmdichter in vers 5 van onze Bijbeltekst. Dat verlossen de woord. Hij komt terug daarop kunnen we en mogen we rekenen. En over Hem kunnen we in geloofsvertrouwen zingen; Hij komt, Hij komt, mijn Redder en Heer. En tegelijker tijd blijven we Hem verwachten en roepen we elkaar op; “Wacht op de Heer, wees dapper en vastberaden, ja, wacht op de Heer”, Psalm 27 : 14. Want dat hebben we ook nodig elkaar te bemoedigen, vooral als het lang gaat duren.

Werkend wachten!
In de eerste gemeenten van de jonge christelijke kerk was de verwachting van Jezus’ wederkomst nog heel sterk. Maar dat leidde soms ook tot een verkeerde houding. Er waren er die stopten met werken en die werkeloos wachtte op Zijn terugkomst, Paulus moest daartegen optreden in 2 Thessalonicenzen 3. Zij grepen de verwachting van de wederkomst aan om maar niets te behoeven doen. Want wat heeft werken nog voor zin als Hij toch snel terugkomt? Maar die houding deugt niet. Aan Maarten Luther werd eens gevraagd wat hij zou doen als Jezus de andere dag zou terug komen. Hij antwoorden; dan plant ik vandaag nog een appelboom. Het is dus niet zo dat alles zinloos wordt als Jezus terugkomt, integendeel, alles krijgt juist zin door Zijn wederkomst. Maar het omgekeerde is ook waar, je kunt ook maar bezig zijn met van alles en nog wat, zonder rekening te houden met zijn komst. Ook dat is niet juist , dan verlies je het zicht op Gods toekomst met ons. Maar hoe moet het dan wel? Zoals een wachter op de stadsmuur. “Mijn ziel verlangt naar de Heer, meer dan wachters op de morgen, meer dan wachters uitzien naar de morgen” vers 6 van de Bijbeltekst. Ze weten dat de morgen komt, dat dan hun taak erop zal zitten. Maar ondertussen blijven ze wel waken. Ze blijven hun werk doen. Dat wordt ook van ons gevraagd. Blijf doen wat je hand vindt om te doen. Psalm 130 is een pelgrimslied. Wij zijn pelgrims op weg naar het nieuw Jeruzalem. Pelgrim zijn is een actief leven. Als je niet op weg gaat en onderweg niet goed voor jezelf zorgt zal je nooit op je bestemming aankomen. Pelgrim zijn is werkend wachten en er klaar voor zijn om met de Bruidegom mee te gaan, zoals de wijze meisjes uit Mattheüs 25. En laten we onderweg samen zingen; “Nu zingt de kerk haar zangen, de Geest zegt met de bruid: Kom Heer, wij zien verlangend naar Uw verschijning uit”. Lied 79 : 6b GK2006.
F.L.

 


Bijbeltekst van de dag